Het huis van Accretos

“Het anders leren kijken naar situaties is een echte eyeopener geweest”

Het ontstaan van Het Huis van Accretos
Daar waar tot een aantal jaar geleden veel energie verloren ging aan discussies en conflicten met leden en ouders, heeft Volleybalclub Accretos haar huis letterlijk en figuurlijk op orde. De metafoor met het huis is voortgekomen uit het verenigingstraject ‘Sportief Coachen’ en ‘Coach de Coach’. Tijdens deze Veilig Sport Klimaat-trajecten werd er nagedacht over hoe men binnen de volleybalvereniging met elkaar om wilde gaan en wat daarbij passende regels en afspraken zijn. Het Huis van Accretos heeft inmiddels haar meerwaarde bewezen en heeft onder andere de VolleybalAward 2016 gewonnen!

Ervaringen met Ine Klösters
Het bijzondere aan het doorlopen van de verenigingstrajecten met trajectbegeleider Ine Klösters is dat zij compleet neutraal naar ons als vereniging kan kijken. Ze heeft ons geleerd om vanuit een afstand te kijken naar de vereniging onder andere door het stellen van de juiste vragen. Het anders leren kijken naar situaties is een echte eyeopener geweest en daar profiteren we als Accretos nog steeds van!

Waarden en Normen

“We hebben hele mooie ‘normen en waarden’ opgezet”

Helga Jansen

Normen en Waarden

Wij hebben met Ine Klosters binnen onze volleybalvereniging, Volleybal Vereniging Nederhorst, de trajecten “lang leve de sportouder” en “sportief coachen” gedaan. Daarnaast was Ine betrokken bij de opzet van ons 3-jarig project. Zij zorgde ervoor dat deze trajecten alsmede ons project tegelijkertijd meegenomen werden bij de brainstorm sessie. We hebben door bovenstaande trajecten hele mooie “normen en waarden” opgezet. Binnen onze volleybalvereniging vinden wij die belangrijk, dragen die naar elkaar uit maar ook naar bezoekende volleybalverenigingen.

A sense of belonging – Ik hoor erbij dus ik besta

A sense of belonging – Ik hoor erbij dus ik besta

A sense of belonging is een prachtige Engelse term. In het Nederlands hebben we geen eenduidige term voor wat het veel omvattende “a sense of belonging” betekent. Kort door de bocht kan je ervan uitgaan dat het erop neerkomt dat je het gevoel hebt dat je ergens bij hoort. Bij een groep mensen in welke vorm dan ook en dat je iets deelt met deze mensen. Een passie, een hobby of interesse, een geloof of een overtuiging. Dit gemeenschappelijke gevoel zorgt ervoor dat mensen zich verenigen. Vroeger was dat voornamelijk in de kerk daarna in een vakbond, nu is dat in een sport of cultuur vereniging maar ook binnen bedrijven zie je mensen zich in grotere of kleinere mate verenigen. Van de vakgroepen tot de personeelsvereniging tot altijd dat zelfde groepje mensen wat samen gaat lunchen.

Sense – gevoel / verstand / besef

Belonging – behorend / saamhorigheid

A Sense Of Belonging

Gevoel van saamhorigheid

Zich thuis voelen

Deel uitmaken van

Gevoel van verbondenheid

Het gevoel erbij te horen

Besef van gemeenschappelijkheid

Gevoel van geborgenheid

Betrokken voelen bij

Voor mensen is het belangrijk dat zij het gevoel hebben ergens bij te horen. Maslov heeft dat in zijn piramide direct na veiligheid en zekerheid geplaatst.

De oorsprong van het verenigen kan zijn doordat de groep ergens naartoe wil bewegen (het grote ideaal beeld zoals een kampioenschap of een betere wereld) of ergens vanaf wil bewegen (vechten tegen ongelijkheid of een gemeenschappelijke vijand). De meest constructieve beweging is naar een gemeenschappelijk ideaal. Dat laat mensen in hun fysieke en mentale kracht bewegen.

Verenigen ontstaat uit geloof

Geloof in een product of dienst (fans)

Geloof in een leider (sektes, politiek, bedrijven met een sterke inspirerende leider)

Geloof in een denkwijxze / filosofie

Geloof in een religie

Spontaan verenigen door een gemeenschappelijke vijand:

Wat gebeurt er in Nederland als er 270 containers voor de kust een schip vallen? Die ONS mooie Waddeneiland en strand bedreigen. We zetten gemeenschappelijk onze schouders eronder.  We hebben een Gemeenschappelijke vijand (de containers).  Een goede reden om samen onze schouders eronder te zetten. Ongeorganiseerd, maar enorm krachtig. Een gemeenschappelijke vijand kan ook zich op een andere manier manifesteren: denk aan de onderdrukker in de oorlog die bracht het verzet samen. Maar ook de leraar op school, de manager in het bedrijf, de concurrent…. Allemaal redenen om te verenigen en samen tot actie te komen. Daarbij is het gedeelde belang belangrijk maar dat mag niet te ver weg staan van het persoonlijke belang.

Managen van verenigde groepen

Het managen van een spontaan verenigde groep mensen kan een klus zijn, ze gedragen zich vaak als een zwerm vogels. De acties ontstaan zonder begin of einde, zonder leider of aanspreekpunt, maar wel als een organisch geheel. Als organisatie is het managen van verenigde groepen mensen van groot belang. De communitymanager of vrijwilligersmanager heeft het daarbij nog iets lastiger dan een personeelsmanager vanwege de ontbrekende hiërarchische verhouding. Maar ook de personeelsmanager heeft niet altijd grip op de verenigde groep binnen het bedrijf. Toch is het goed mogelijk om de kracht uit de groep om te zetten in effectiviteit voor de organisatie.

Betrokkenheid

Belangrijk punt is dat de groep mensen betrokken moet worden bij de organisatie. Menig manager of verenigingsbestuurder klaagt over de mate van betrokkenheid. We horen zo vaak “Wij eisen dat onze mensen betrokken zijn”. Maar dat kan helemaal niet. Je kan geen knop omzetten om je dan opeens betrokken te zijn. Je kan pas betrokken zijn als je je betrokken voelt en dat voel je pas als je betrokken wordt. Als je ideeën geen grond raken, er niet naar je mening geluisterd wordt, je niet mag interacteren, ben je niet betrokken

Procesbegeleiding bij processen over verenigen
Waarom is procesbegeleiding effectief in processen omtrent verenigen? Verenigen is van mensen die het aangaat, het werkt dus niet als je iets oplegt. Beter werkt het de betrokkenen mensen zelf aan het woord te laten. Als deze mensen zich gehoord voelen zorgt dat voor de verbinding met het doel of thema. Zie het als cocreatie van een mening van de betrokken groep. De procesbegeleider zorgt ervoor dat iedereen in de groep veilig genoeg is om te zeggen wat hij of zij wil, haalt met passende werkvormen de meningen boven water en vat deze samen. Je zou het dus ook de procesbewaker mogen noemen. De bewaker van het proces én van de mensen die deelnemen.

Schoolsport voor pubers

Schoolsport voor pubers

Schoolsport voor pubers

Vaak, te vaak, organiseren wij enthousiast activiteiten voor een bepaalde doelgroep. Vaak, te vaak, is het wederkerig enthousiasme laag. Te laag. Soms te laag om de activiteit door te laten gaan. Zonde van de energie en zo makkelijk te voorkomen. Dat bedachten ook de Gelderse Onderwijsgroep Quadraam en het NOC*NSF toen gedacht werd over “Hoe kunnen we schoolsport aantrekkelijker maken op de middelbare school?”. Als we wat organiseren voor de schoolgaande pubers, is het dus verstandig deze schoolgaande pubers zelf te laten aangeven wat ze willen en hoe dat beter kan. Ik kreeg de vraag de pubers mee te nemen in het denkproces en wat kwamen er mooie ideeën uit de groep. De belangrijkste voorstellen waren deze:

1.     Zet sport in als onderdeel van je interessegebied/leerrichting!

De aanwezige leerlingen van het VMBO doen zelf de richting sport en bewegen. Hoe meer sport, hoe beter. Ze beseffen wel dat de andere afdelingen deze passie niet delen en daar moet een oplossing voor komen. Hoe zorgen we dat de andere leerlingen ook in de passie geraakt worden. Per afdeling wordt gekeken wat de passie is en hoe sport daar een rol in kan spelen. Dat wordt de inzet van de sportlessen. Zo krijgt de afdeling persoonlijke verzorging sportlessen gericht op gezondheid en schoonheid, de afdeling economie krijgt sportlessen gericht op businessmodellen. Voor elke afdeling is een “haakje” gevonden waardoor sport onderdeel wordt van de studierichting.

2.     Zorg dat we iets leren van sport!

Een diverse groep van een scholengemeenschap meldt dat er niets geleerd wordt van de sport. Als we volleyballen, doen we maar wat. Als we voetballen leren we niets. Trefbal gaat helemaal nergens over. Wij willen graag beter worden in de sport. Ons voorstel is om per trimester een aantal keuzesporten aan te bieden. Dan doe je gedurende het hele trimester deze sport en wordt je hier dus ook beter in. Dan is het meteen leuker om je eigen sport op school te doen, omdat je mede scholieren het ook beter kunnen. Het volgende trimester kan de school andere sporten aanbieden.

3.     Biedt ook buiten de (sport)lessen sport aan!

Een groep jongeren mist de mogelijkheid om in de pauzes en tussenuren te sporten. Denk daarbij ook aan denksporten, we zouden graag willen schaken of dammen. Daarnaast zien we graag een tafeltennistafel en de mogelijkheid om het basketballen of voetballen op een soort court. Dit maakt dat we niet gedwongen worden op onze telefoon te zitten (ja, dit werd zo echt benoemd!). Voor de bezwaren die de schoolleiding gaat hebben, hebben we ook al een oplossing. Zij gaan namelijk zeggen dat de boel kapot gaat of kwijt raakt. Onze oplossing is: leen de attributen uit in ruil voor een schoolpas of een mobieltje.

Wat was mijn rol? Het proces begeleiden. De denkkracht aanzetten en daarmee de pubers tot deze prachtige ideeën zien komen. Het mooie aan pubers is dat het bijzonder creatief volk is. En eerlijk, pijnlijk eerlijk, al helpt dat dan weer bij de totstandkoming van de plannen. Een mooie bijeenkomst met ideeën waar iedere schoolleiding wat aan kan hebben!

In de media – Sport en Strategie

In de media – Sport en Strategie

“Het in de kracht zetten van bestuurders en de sleutelfiguren van de vereniging is waarschijnlijk het allermooiste aan mijn opdrachten, naast het werken met mensen met een enorme passie. Recent mocht ik naar Geleen voor een ijshockeyvereniging. De passie en betrokkenheid spatten ervan af. Maar toch liep men tegen een cultuurprobleem aan: Hoe gaan we met elkaar om? Wat accepteren we van elkaar en wat niet? Om daarop antwoord te kunnen geven hebben we de vergelijking gemaakt met een huis: je moet je bij de vereniging thuis voelen, maar er zijn ook huisregels waaraan iedereen die ‘leeft binnen dit huis’ zich moet houden. Zijn dat niet jouw huisregels? Dan is het niet jouw huis en zul je op zoek moeten naar een ander huis. Dat is natuurlijk wel spannend… Want je zou daardoor zomaar leden kunnen kwijtraken. Toch is dat precies wat cultuurbewaking doet: ervoor zorgen dat ongewenste elementen geen grip krijgen op de vereniging. Als dat namelijk wel gebeurt, gaan ánderen weg. Zij voelen zich dan niet meer thuis, of erger nog: zij voelen zich niet meer veilig.

De metafoor van het huis maakt duidelijk wat er van alle leden (en ouders) verwacht wordt. Deze methodiek heb ik eerder neergezet bij een volleybalvereniging, waarna er een duidelijke cultuurverandering heeft plaatsgevonden. Puur omdat duidelijk werd hoe men met elkaar wilde omgaan, omdat het ook echt op papier stond. Ook de ijshockeyvereniging is nu aan het huis aan het bouwen. Wat mijn taak daarbij is? Vragen stellen. Heel veel vragen stellen. Lastige vragen. Doorvragen op onderwerpen waarover we het liever niet hebben… Of in elk geval niet als iedereen erbij is. Ik zie mijn taak op zo’n moment als het licht aandoen, zorgen dat alles op tafel komt en zaken uitgesproken worden. Dat er consensus bereikt wordt en dat dat wordt vastgelegd. Zodat men een koerswijziging kan maken.

Mijn missie is dat het navolgbaar is, dat ze het in principe de volgende keer zelf kunnen. Al word ik vaak teruggevraagd, omdat ik lastige vragen kan stellen en ingewikkelde discussies kan aanwakkeren… Ik ga immers weer weg. Stiekem blijf ik toch betrokken. Ik ben steeds benieuwd naar hoe de vereniging het blijft doen. Ik ben een beetje het vangnet.

De vereniging is zo’n waardevol element in onze samenleving: ze zorgt ervoor dat mensen ergens bij horen. Laten we daar met z’n allen zuinig op zijn en laten we samen zorgen voor sterke en vitale verenigingen

Mijn credo als procesbegeleider:
een doorsnee vereniging wordt bestuurd door gepassioneerde vrijwilligers;
de doorsnee bestuurder is op meerdere vlakken actief;<
het doorsnee verenigingsprobleem sluimert al een tijd voordat er een professional bij gehaald wordt;
de procesbegeleider is zuinig op de passie, zich bewust van de actieve rol en houding van de bestuurder en helpt de vereniging het probleem op een dusdanige manier op te lossen dat ze het de volgende keer zelf kunnen.”

Het artikel in sport en strategie is hier te lezen